Autisme in DSM-4

In de vierde editie van de DSM werd de term pervasieve ontwikkelingsstoornissen gebruikt. Binnen deze categorie onderscheidde men de volgende syndromen: Autistische stoornis, Syndroom van Asperger, Pervasieve ontwikkelingsstoornis Niet Anderszins Omschreven (PDD-NOS), Syndroom van Rett en Desintegratiestoornis van de kindertijd.

Schema van de onderverdeling van pervasieve ontwikkelingsstoornissen volgens DSM-4 met onder meer de Autistische stoornis en Syndroom van Asperger

Autistische stoornis

De term ‘Autistische stoornis’ werd bij ons zelden gebruikt. Doorgaans sprak men van autisme. De criteria omvatten 3 symptoomgroepen die vanaf jonge leeftijd aanwezig moesten zijn:

Syndroom van Asperger

In tegenstelling tot de Autistische stoornis werd er geen melding gemaakt van kwalitatieve beperkingen in de communicatie. Een ander verschil met de Autistische stoornis was de expliciete vermelding van een normale taalontwikkeling op jonge leeftijd en een normale cognitieve ontwikkeling.

PDD-NOS (met inbegrip van atypisch autisme)

De term PDD-NOS (in het Nederlands POS-NAO – Pervasieve Ontwikkelingsstoornis Niet Anderszins Omschreven) werd in de klinische praktijk doorgaans vervangen door het label ‘atypisch autisme’ dat veel duidelijker de link met autisme legde. Welke term er ook werd gebruikt, het ging in principe om personen die niet volledig aan de criteria voor Autistische stoornis beantwoordden, maar wel vergelijkbare kenmerken en problemen vertoonden. De criteria waren zeer vaag, zodat hulpverleners ze erg ruim konden interpreteren en die zowel bij ouders als hulpverleners voor heel wat verwarring en ontevredenheid zorgden.

Desintegratiestoornis van de kindertijd

Het gaat om een zeer zeldzame stoornis (minder dan 2 op 100.000) die vaker bij jongens dan bij meisjes voorkomt. Samengevat komt het erop neer dat men gedurende minstens 2 jaar een min of meer normale ontwikkeling doormaakt en dat er dan een regressie optreedt op verschillende domeinen, waarbij ook duidelijke kenmerken van autisme verschijnen.

Syndroom van Rett

Het syndroom van Rett is een stoornis die gekenmerkt wordt door een normale ontwikkeling van minstens 5 maanden. Ergens tussen 5 en 48 maanden vertraagt de groei van de hoofdomtrek, is er een verlies van verworven fijnemotorische vaardigheden en verschijnen er zeer typische handwringbewegingen. Nadien is er ook verlies van taalvaardigheden, van interesse in de omgeving en van sociale interacties, waarde de kinderen (alvast tijdelijk) autistisch lijken. Later verbeteren deze aspecten vaak.