Bronnen | |
![]() |
Roeljan Wiersema |
Recent onderzoek biedt een antwoord op een aantal belangrijke bezwaren die werden aangehaald tegen de ‘theory of mind’- hypothese.
Onderzoek heeft aangetoond dat er twee vormen van ‘theory of mind’ zijn:
Eerder onderzoek richtte zich vooral op de expliciete vorm terwijl de complexe sociale situaties in het dagelijkse leven meer snelle en spontane inschattingen vragen.
De nieuwe hypothese over ‘theory of mind’ is dat mensen met autisme kunnen slagen in de expliciete taken door beredeneerd tot een oplossing te komen maar dat ze tekortkomingen hebben in spontane ‘theory of mind’. Dit verklaart waarom ze in het dagelijkse leven moeilijkheden ervaren met het achterhalen van de mentale toestanden van anderen.
Recent onderzoek naar deze spontane vorm van ToM toont aan dat er verminderde activiteit is in het hersengebied dat deel uitmaakt van het sociale brein tijdens het uitvoeren van spontane ToM-taken. Verder onderzoek is nodig om definitieve uitspraken te doen over deze hypothese.
Copyright © Participate! 2023 | Woordenlijst Bibliografie Sitemap Privacyverklaring Français | By ![]() |